Hoe we een carrière in het onderwijs begonnen

Enigszins gedesoriënteerd werd ik wakker. Na een blik op de hangmat naast me waar Arjen nog in lag te slapen wist ik het weer. Ik stapte uit mijn hangmat en zag toen pas hoe mooi het was. Koikarpers zwommen in het water onder ons vlondertje en achter ons strekten zich rijstvelden in alle kleurschakeringen groen uit, compleet met vrouwen die met Vietnamese rijsthoeden op aan het werk waren. Behalve de hanen die gezellig tokkelend over het terrein ronddrentelden was het compleet stil. Arjen werd ook wakker en we highfiveden elkaar om het feit dat we onze eerste nacht buiten slapen hadden overleefd én omdat de lange busreis niet voor niets was geweest. Yes!

Om acht uur konden we al in onze boven verwachting comfortabele bungalow en wisten nog af te dingen op de prijs nadat we aangaven nog drie nachten te willen blijven.
Bij het ontbijt schoof een leraar Engels van de plaatselijke middelbare school bij ons aan met de vraag of wij een half uurtje een les wilden bijwonen, zodat de leerlingen de kans kregen om met buitenlanders te praten en zo over hun verlegenheid heen te stappen. Als dank rekende hij ons ontbijt af én zouden we daarna een lunch gefinancieerd krijgen. We vonden het mega cool, dus stapten we –Indonesian style- met zijn tweeën, zonder helm (sorry mama) bij de leraar achter op de motor, op weg naar ons eerste baantje.

We hadden allebei verwacht dat we samen te gast waren in een klas, waar een docent de leiding zou hebben, maar dit was niet het geval. We kregen beide een klas van pakweg dertig leerlingen en een lokaal toegewezen, een “good luck”, en dat was het dan.

Koortsachtig probeerde ik de didactische kennis die ik negen jaar geleden tijdens mijn docentenopleiding Frans (waar ik na een jaar mee ben gestopt) had verworven weer boven te krijgen. Uiteindelijk besloot ik gewoon maar wat te doen. Ik tekende tulpen en molens op het bord, vertelde wat over mezelf en Nederland en dat ik met mijn vriendje Arjen op reis was. Bij het woord “boyfriend” klonk er een luid gejoel uit de klas. Het niveau Engels lag ver uit elkaar bij de leerlingen. De één sprak vloeiend Engels, de ander dook bijna onder tafel en keek wanhopig om zich heen bij de vraag wat zijn hobby’s waren.

Het was bloedheet in het lokaal. Binnen de kortste keren zat mijn haar in mijn nek geplakt en was mijn hemdje doorweekt. Ik had ontzag voor de leerlingen die daar met zwarte dikke hoofddoeken en synthetische schooluniformen voor me zaten. Ik stond inmiddels al anderhalf uur voor de klas en begon een beetje door mijn stof heen te raken. Had de leraar niet gezegd dat het om een half uur ging? Ik begon maar aan spelletjes als galgje en wie-raakt-het-eerst-zijn-rechter-schouder-aan. Na nog een half uur kwam het verlossende woord. De les was afgelopen.

Arjen stond er net zo verlopen bij als ik. Alle leerlingen wilden nog één voor één met ons op de foto en we maakten de beginnersfout door ons Facebook adres te geven, waardoor wij én de helft van onze facebookvrienden (sorry daarvoor) de dagen erna bestookt werden met vriendschapsverzoeken en berichtjes.

De rest van de dagen in Pangadaran reden we overal naartoe op onze scooter (ik achterop uiteraard), wilde hele gezinnen met ons op de foto en namen we surfles, wat we zo cool vonden dat we besloten dat we maar surf instructeur moeten worden. Een carrière als leraar moeten we toch nog even over nadenken.

Comments (0)
Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *