Hoe mijn reis begon
“Ik ga op reis,” vertelde ik iedereen, hoewel ik het eigenlijk niet meende. Het is een trucje dat ik toepas als ik iets wil, maar niet durf. Als je het maar tegen genoeg mensen zegt, kun je op een gegeven moment niet meer terug, anders neemt nooit iemand je meer serieus.
Dus ik zei het tegen een man of 20, boekte een enkele reis Bangkok, ondertekende mijn ontslagbrief en ruimde mijn woning leeg. Ik liet me veelvuldig inenten bij de GGD, sloeg malariatabletten, deet, Tevasandalen (yessss), Norit en oordoppen in. Abonnementen op tijdschriften, sportclubjes (ik ging toch al nooit) en telefoon moesten worden stopgezet, evenals mijn maandelijkse bijdrage aan het Wereld natuurfonds (oké, ik doneerde maar vier euro per maand, maar ik wilde er toch even heel graag bijzetten dat ik dus goede doelen steun. Steunde.) Verder vroeg ik een werkvisum voor Australië aan, schreef me uit bij de gemeente Amsterdam en betaalde een dusdanig bedrag voor een wereldreisverzekering dat ik bíjna hoop dat alles wordt gestolen/ik naar het ziekenhuis moet (voor iets in de categorie ‘schaafwond’ uiteraard). Thats it, Weggaan is zo moeilijk nog niet.
Een kleine vijf maanden later was het dan zo ver. Daar stonden ze dan, alle mensen van wie ik hou (bijna dan, Kim bijvoorbeeld vond haar eigen vakantie weer belangrijker), allemaal in t zwart gekleed (wat een chique mensen heb ik toch om me heen), op zaterdagochtend op Schiphol om naar mij te komen zwaaien. Twee dagen eerder had ik nog heel stoer tegen Steph gezegd dat ik dacht dat ik niet zou huilen, “want ik ben niet zo’n jankerd.” Ik bleek wel een jankerd. Ik kreeg van iedereen een laatste knuffel en toen was het tijd om naar de gate te gaan. Helemaal alleen, only alony. Voor het eerst bedacht ik me toen, dat weggaan misschien toch wel een beetje moeilijk is.
[…] is een veelbewogen jaar geweest. Zo stond ik begin vorig jaar met mijn backpack op Schiphol om voor onbepaalde tijd op reis te gaan, een maand later kwam mijn kersverse lover Arjen mij […]